Deze praktijkcursus gaat over procesincidenten. De eerste vraag die gesteld zal worden is de vraag wat de precieze definitie van een procesincident is. Het begrip procesincident is een gebruikelijke term in het burgerlijk procesrecht en wordt daar gebezigd voor situaties waarin sprake is van processuele verwikkelingen buiten het materiele geschil om die rechterlijke bemoeienis vereisen.
Wanneer dit alles vertaald wordt naar het strafrecht, kan een procesincident worden uitgelegd als een onvoorziene gebeurtenis die zich voordoet buiten het materiële geschil, dat wordt bepaald door de tenlastelegging en waarvoor bemoeienis van de rechter is vereist. In deze cursus wordt een aantal van deze incidenten besproken: Wat te doen als uw cliënt niet ter terechtzitting is verschenen? Welke gevolgen heeft een (on)juiste betekening van de dagvaarding voor de zaak? Wat als de officier van justitie op zitting de tenlastelegging wil wijzigen?
Het ingewikkelde aan een procesincident is het feit dat u zichzelf er niet (altijd) goed op kunt voorbereiden. U kunt een procesincident in sommige gevallen weliswaar aan zien komen, maar in alle gevallen zal sprake zijn van een onzekerheidsfactor. Soms komt een procesincident zo onverwacht dat u erdoor overvallen zult worden. Het gevolg hiervan is dat op zitting improvisatie wordt gevraagd. En wanneer het op improvisatie aankomt is degene met de meeste kennis van het (proces)recht in het voordeel. Geschillen worden immers beslecht op basis van inhoudelijke argumenten. Het zijn die argumenten waar een rechtbank gevoelig voor is, al is het alleen maar omdat schending van het (proces)recht nietigheid van het onderzoek ter terechtzitting met zich mee kan brengen.
Deze cursus beoogt aan de hand van een aantal thema’s uw gereedschapskist te vullen met argumenten die u op zitting naar voren kunt brengen. Deze argumenten zijn algemeen van aard, maar wel op elke situatie toepasbaar. De opbouw is daarbij steeds hetzelfde. Per thema wordt eerst het juridisch kader geschetst, waarbij daar waar relevant ook in zal worden gegaan op de wijzingen die het toekomstige Wetboek van Strafrecht voorstaan. Daarna wordt aan de hand van het juridisch kader de praktijk bezien, waarbij aan de hand van voorbeelden argumenten voorgesteld zullen worden. De cursus beoogt een hoog praktisch gehalte.
Deze juridische nascholing is in de volgende blokken opgedeeld:
- Blok A Incidenten rondom betekening van de dagvaarding en aanwezigheid van de verdachte
- Blok B Wijziging tenlastelegging officier van justitie
- Blok C Andere mogelijke procesincidenten
Leerdoelen
Na afloop van deze juridische nascholing:
- heeft u inzicht in de juridische kaders met betrekking tot verschillende procesincidenten;
- heeft u (standaard)argumenten in uw gereedschapskist, die op zitting toegepast kunnen worden ten behoeve van de verdediging van uw cliënt;
- kunt u de juridische kaders op zitting toepassen ten behoeve van de verdediging van uw cliënt.